Vanochtend werd ik voor het eerst deze week niet wakker gebeld door de telefoon, maar door mijn zelf gezette wekker. En dat was niet voor het eerst natuurlijk. Ik zou mijn dagen wel het liefst zo willen leven alsof ze iedere keer de eerste dag zijn. En dan niet om iedere dag opnieuw uit te vinden, maar wel om opnieuw te verwonderen en te omarmen.
Vandaag zag ik voor het eerst deze lente bloeiende pinksterbloemen. En paardenbloemen en fluitenkruid en koolzaad, nou dan is het toch echt lente. Voor het eerste kievitsei is een heuse wedstrijd met een koninklijk randje. Maar voor het zien van de eerste pinksterbloem geldt dat niet. Eigenlijk zijn het beide rariteiten. Want het gezegde luidt:” in mei leggen alle vogels een ei behalve de koekoek en de griet die leggen in de meimaand niet!” En waarom wordt dat eerste ei dan al in februari gevonden? Of is het dan een ei van vorig jaar, dat eigenlijk rot is ? En waarom bloeien pinksterbloemen altijd al ver voor Pasen en Pinksteren? Meestal is er geen pinksterbloem meer te zien met Pinksteren . Of was dit eerst wel zo en nu niet meer? Ik weet het niet, want ik was er eerst nog niet. Bij thuiskomst zagen Reinier en ik op de stoep een vlinder die zich warmde in de zon. Net toen ik af wilde drukken voor de foto fladderde hij of zij ervandoor. Daarna deed ik het goede voorbeeld van de vlinder volgen en vleide mij iets minder gracieus op de loungebank in de tuin en warmde mij in de zon. Voor het eerst dit jaar. Koestermomenten soms voor het eerst soms in de herhaling. Nooit te laat voor een eerste keer.